biografie: Jacob Winkler Prins
1849 - 1907
[Tjallebert 1849 - Keltische Zee 1904?, 1907?]
Jacob is de zoon van Antony Winkler Prins (1817-1908) [uit Voorst, werkzaam als predikant te Veendam, schrijver van de bekende grote Encyclopedie. Hij besteedde later tijd aan ondersteuning van de liberale politiek van Thorbecke.]
Jacob leidde een weinig conventioneel bestaan; hij was onder meer schilder in Parijs en leraar in Engeland. Hij woonde ten slotte in Beekbergen waar hij heide ontgon om te tuinieren.
Uit zijn Sonnetten (1885), met natuurimpressies, spreekt verwantschap met de Tachtigers. Hij voelde zich als dichter aangetrokken door het werk van Shelley, wiens natuurmystiek zijn visie verdiepte. Kloos prees het beeldend vermogen van zijn vers, dat zijn gedichten aan aquarellen doet denken.
Onder het pseudoniem Kasper Brandt schreef hij ook enkele verhalen en publiceerde studies en kritieken in verschillende bladen. Hier liet hij vooral zijn filosofische belangstelling zien.
Werk:
De ondermeester van Aewerd (1872)
Ouders en kinderen (1878)
Sonnetten (1885)
Zonder sonnetten (1886)
Liefdes herinnering (1887)
Tonnegoud en zoon (1899)
foto: vader Anthony Winkler Prins (van de Encyclopedie)
Inzendingen van deze schrijver
27 resultaten.De oude van de berg
poëzie
3.7 met 12 stemmen 2.384 ‘k Heb eens gedacht: de tijd zal komen,
Dat Poëzie heeft afgedaan; -
’t Is uit met mijmren en met dromen,
Geen zang of zucht kan meer bestaan; -
Of zal de kunst het veld behouden,
Zij spare ons grotten, klippen, wouden,
En minneleed en dweperij, -
Wil ze in de branding niet bezwijken,
Z...
Rijp
poëzie
4.0 met 2 stemmen 872 Nu glinstert alles van de witte rijp.
De dunne berkentakjes zijn bedekt
Met wollig dons, dat wonderbaarlijk blinkt.
Het groene koolblad, dat zoo sierlijk krult
Aan lange stengel, vonkt van diamant.
In schaduw van de doornenheg hangt, laag
Er tegen aan, in 't windje wuivend, rag,
Dat door ijs...
BUITEN EN BINNEN
poëzie
3.4 met 9 stemmen 2.817 ’t Is met de verzen van de dichter
Als met zijn huis, dat ge in wilt spiên:
Al schijnt de zon, al blinkt het licht er,
Kunt ge in ’t voorbijgaan weinig zien.
Ge ziet van buiten door ’t gordijntje,
Zo tussen hor en valgordijn,
Van ieder voorwerp slechts een schijntje,
Een onbepaalde s...
Uit mistig grijze morgenstrepen
poëzie
3.6 met 18 stemmen 3.251 Uit mistig grijze morgenstrepen,
Een onbewogen meer gelijk,
Verschijnen vormeloze repen:
't Zijn bomen op een hoge dijk.
Nu 't lichter wordt, zie ik iets blinken
Als sikkels, opgaande uit de mist;
En klokjes hoor ik droomrig klinken:
De herder met zijn koeien is 't.
En meer en meer ko...
Naar huis
poëzie
4.0 met 1 stemmen 808 Zoet gevoel naar 't lieve thuis te stomen,
En, al naderende, u om niets bekreund
Dan te zien of ge, uit 't portier geleund,
't Dak ziet schemeren achter lindebomen!
Of de buren reeds te voorschijn komen?
Of door 't rijden, waar de straat van dreunt,
In de muren, door het dak gesteu...
Bergmeer
poëzie
4.0 met 1 stemmen 443 Wie op de spiegel drijft weet niet, wat hij moet denken
Of onder boven is, nu boven onder schijnt,
Want heel de gladde wand, die in het meer verdwijnt,
Staat met zijn dennenlast in ’t zonnelicht te wenken.
En waar de wateren de groene kegels drenken,
Volgt ’t oog, diep in het nat, de duid...
Plombenblad
poëzie
4.0 met 6 stemmen 3.457 O, plompenblad, dat schommelt
Al op en neer als ’t water deint;
Doch groener nog dan ’t kroosveld schijnt,
Wanneer ge er opsteekt overeind,
Tot gij verzinkt, verschijnt, verdwijnt,
Als ’t onweer, nu het daglicht kwijnt,
Schor rommelt!
O, groene bies, bewogen
In de onbewogen avondluch...
SCHILDEREN AAN HET STRAND
poëzie
4.0 met 2 stemmen 491 Zwart en wit, de tuben uitgeknepen,
Mengt de schilder op het bruin palet;
Voor de jeugd wat ongewone pret,
Nu ze toekijkt, de ogen half genepen!
Ach, dat schilderen heeft men ras begrepen ....
Hier een veegje en ginds een pik, een spet,
Hoedjes, die hij vlug op hoofdjes zet,
Boven boez...
Volle maan
poëzie
3.0 met 11 stemmen 2.334 In de verte zacht, melodisch suizen ...
Blanke lijn van 't drooggelopen strand ...
Paarlemoeren plasjes langs de kant,
En in de pinken en de buizen.
Tegen 't duin de lichten van de huizen...
En heel achter aan de verste rand,
Gloeiend als een pas begonnen brand,
Maneschijn op donkre kerkh...
Natuurkundige les
poëzie
2.5 met 6 stemmen 1.885 Veel kleine handen schrapen, in de rokjes
Vers uit de lucht, sneeuw op een grote schaal.
Dan gaan ze er mee naar binnen in de zaal….
De lerares kneedt al de starrevlokjes
Met poeier uit verbrijzeld grijze brokjes
Tot grote ballen, stapelt ze in de schaal
Doet over 't gele doosje haal bij ...
VISIOEN
poëzie
3.7 met 3 stemmen 1.637 't Strand loopt onder water, langzaam onder...
Links het duin: er langs een rose rand
Rul doortrappeld, ondoorwaadbaar zand:
Rechts de zee: een altijd ruisend wonder.
En als eens Joannes, de verkonder
Jesu Christi, zie 'k een muur, een wand,
Opgebouwd door 's krijgsmans stalen hand,...
MEI
poëzie
4.0 met 2 stemmen 363 't Luchtwindje waait langs paarse Mei-seringen,
Langs wilde roos en geurige jasmijn:
En over alles speelt de zonneschijn;
Uit windselen komen knop en bladeren dringen.
Dauw, bloemen, jeugd en tranen zijn de dingen,
Waardoor men lijdt, maar zonder hartenpijn;
Omdat in elk een jeugdig vogelij...
Spiegeling
poëzie
4.0 met 1 stemmen 354 In ’t venster van mijn buurman is een tuin...
In ’t bochtig glas zie ’k schelle groene vlekken,
Die krimpen of langwerpig vierkant rekken,
Al naar de wind suist door de dichte kruin
Der wit-bethyrste blâre-boombazuin,
Waaruit doorvonkte groene wuivers strekken,
Die ’t pad met ...
TREK-OS
poëzie
4.0 met 2 stemmen 273 Uit koele kalme schaduw van het bos,
Treedt langzaam-aan kopschuddend-schomlend, de os;
Treedt op het blinkend zandpad, dat gevlekt
Met tak- en bladeren-schauw, is overdekt
Van brandend zonlicht, zomer-zon-gegloor
De hele dag, van vroeg tot 's avonds, door.
Hij keert naar stal en ziet h...
Bui
poëzie
4.0 met 4 stemmen 436 Grimmig snellen rondgerolde wolken,
Eindeloos grote kluwens, aan door 't blauw.
Doodse stilte! Toch, ze naadren gauw,
Scherp weerspiegeld in de molenkolken.
Schelle fonkling van miljoenen dolken;
Dan de donder; en, van regen lauw,
Schudt de wind de hechte molenbouw,
Loeit het rund, dat weg...
Schapen op de hei
poëzie
4.0 met 1 stemmen 1.088 In heiige ruigten, de heuvel af,
Staat trouw bij zijn schapen,
Die dromerig slapen,
Wat verder,
Een herder
En leunt op zijn staf.
De zon doorvonkt het bruin wollig haar,
Verzilvert de randen
Met blinkende banden —
De vachten,
Ze wachten
De knippende schaar.
Wenken
poëzie
2.6 met 5 stemmen 851 Witte wolkjes met doorgloeide randen,
boven zee,
wenken als een zacht paar blanke handen
Kom toch mee!
Blauwe plekken, in de blaadrenbogen
van 't prieël,
wenken als een zacht paar vriendlijke oogen
Min haar veel!
Reuzenletters, in de kristallijnen
schaatsenbaan,
wenken als een beeldsp...
Biecht
poëzie
2.5 met 6 stemmen 1.544 Priester der bossen,
Thans wil 'k verklaren
Al u mijn zonden,
De lichte, de zware
Boven de pijnen de zonnegoudpracht,
Oordeel mij zacht.
Wonder verward weer,
Voel 'k mijn geheugen:
„Liefde, gij Godheid —
Liefde, gij leugen,
Tot uwe diensten ben ik altijd
Lachend bereid.—
Overvloed
poëzie
4.0 met 8 stemmen 1.680 De bomen hebben overvloed van blaren...
De wind komt aan in speelse tuimeldraf
En schudt het bloemblad bij miljoenen af
En doet ze als scheepjes op de luchtzee varen.
Uit hauw en doos van orchidee en varen
Stuift wolk aan wolk van poeirig goudbruin kaf
Neer op de harde klinkerweg als graf......
Opklaring
poëzie
2.8 met 9 stemmen 2.007 Glad is de lucht als zilverhelle plaat,
Waarover vlokkig grijs geschilderd werd,
Met glans van licht uit eindeloze vert,
Dat door de ruimte spelemeien gaat.
’t Vonkt door de droppels aan het rijs, dat staat
Als stut op ’t tuinbed, staat bij boon en ert;
Vonkt door de druppels aan ’t ge...
JEZUS VAN NAZARETH II
poëzie
3.3 met 7 stemmen 2.284 Herodes bonst het hart, nu hij het hoort,
Hoe 't jonge kind hem naar de kroon zal steken,
Zijn trotse macht, zijn weidse praal verbreken,
Als 't na hem op de Koningszetel gloort
,,Ga," spreekt hij, ,,zoek en spoed u ijlings voort
Vraag aan de wijzen, of het maanden, weken
Of jaren telt,...
Wolkbreuk
poëzie
3.8 met 5 stemmen 1.999 In een wilde suizelende wieling
Gudst volmondig, als een zee van droppen,
Dampgordijn van water, stralen-stroppen,
In één lange door-elkander-krieling;
Overstelpend alles, wat in knieling
Angstig neerligt en de bange koppen
Onder vlerken als beschutting stoppen
Voor de nader komende verni...
GARNALEN-VISSERS
poëzie
3.8 met 5 stemmen 1.562 Oude paarden schudden met de bekken
Boven ’t schuim: ze slepen ’t net ter ree*.
Vissers rijden op de ruggen mee,
Doen hun best het paard tot moed te wekken.
Zie, men keert… en de oude dieren trekken,
Nu de vissersjongen roept: hoi hé!
’t Wriemelend net ten leste uit de zee,
Zó, da...
Duikerklok
poëzie
3.4 met 8 stemmen 1.812 Onhoorbaar zinkt de klok van klaar kristal,
En binnen-in zit ik. Al dieper zinkt hij ….
´k Glij marmerstammen langs, albast gebloemt; ik glij
Langs rozerood koraal naar ´t diepe dal
Tot op de bodem. Nu eerst klinkt geschal
Van ammonshoorn en turriliet om mij;
Nu zingt versteende bonte b...
Diep
poëzie
3.1 met 9 stemmen 2.654 In 't diepste diep ligt het gezonken schip….
Diep ligt het schip in 't onderzeese dal.
De groene zeeplant slingert overal
Haar rank 't salon in; slingert zelfs haar tip
Hoog langs de mast op, rond de ontblote rib.
Zij slingert óp zich tot de gouden bal
Van wat de vlagstok was, kruipt d...
Werking der muziek
poëzie
3.1 met 10 stemmen 2.538 Wat is mijn hart toch,
Wanneer gij, o klanken,
Mij met geluid overspuit
Uwer spranken? -
Is het een gaarde,
Waar bloemen, die bloeien,
Daar 't felle steken der zon bezweken,
Van dorst verschroeien? -
Is het een bloemperk,
Waar goudgele bijen,
De geuren stelen der paarsfluwelen
Violen...
Weerspiegeling
poëzie
3.4 met 8 stemmen 3.239 Grimmig snellen rondgerolde wolken,
Eindeloos grote kluwens, aan door ’t blauw.
Doodse stilte! Toch, ze naadren gauw,
Scherp weerspiegeld in de molenkolken.
Schelle fonkling van miljoenen dolken;
Dan de donder; en, van regen lauw,
Schudt de wind de hechte molenbouw,
Loeit het rund, dat we...