In het meervoud
Wij waren vrienden in een ver verleden
van nachtfilms, zangersfeesten, parken, dromen.
Wij waren minnaars op de hoge treden
van lustpaleizen tussen bonte bomen.
De maan bescheen de vijvers van Granada,
de zon bescheen de zuilen van ons Thebe.
Je arm was broedplaats voor de vogels van Messina,
mijn dieren trokken jou per winterslede.
In welk verdoemd en onherbergzaam noorden
werd alles anders, raakten onze namen
op drift, tot wij elkanders naam verloren?
In welke nacht zag ik kobolden, gnomen, trollen
ontrukken aan jouw lijf al wat wij samen
daarin geschreven hadden en wat ik verwoordde.
--------------------------------------------
uit: 'Na de laatste keer', 1981.
Inzender: ivg, 4 januari 2025
Geplaatst in de categorie: afscheid