Titanic
Zij was ooit mijn toverdraad, ik was jong,
een halve meter literatuur verder
ben ik al jarenlang niet meer de herder
van schaap poëzie. Men zegt dat ik echt zong.
Het zingen is mij goed vergaan door niets;
louter dagtaken, scheren, ouder worden.
De blauwe stad hangt als een baard aan iets
dat ik 'ik' noem. Ben half-veertig geworden.
Een blauwe namiddag maakt niet meer een barst
- uit- in mij. De taal is wit en mistig.
Ik ben door bijna niets tot bot geharst.
Zij was ooit mijn dagverdrijf, maar verging
als de Titanic en later de kleurenfilm.
Het is in scheef proza waarin ik zing.
-------------------------------------------------
uit: 'Het boek van de beminnelijkheid', 2000.
Inzender: hk, 5 december 2012
Geplaatst in de categorie: welzijn