Sluitende man I
Te midden van jaarloze flessen tast
schrander de gymnasiast naar contact in een muur
want aantocht van mensen is denkbaar.
Uit rokzak puilt een zinderende schuimkraag.
Staat kroegjool op springen, het lekt
in zijn aards gewelf - ach daar velt hem
vonkende stroom, stuipt zijn hart.
In baaierd van zwam zal zijn rotting
geknakt, hoge zijden gedeukt nog wat liggen.
Hij leeft. Hij vermoedt dat hij leeft.
Hij wendt zich van veel dingen af die zijn.
En sluitende man kiest hij vrouw
om aanspreekbaar te blijven.
---------------------------------------------------------
Piet Gerbrandy (1958) is classicus, dichter en poeziecriticus.
Dit gedicht stond als eerste van een cyclus van zes in Parmentier no 3, 2001.
Inzender: JH, 29 juni 2003
Geplaatst in de categorie: emoties