Boom, roos, vis
Ik leerde boom:
een b, en dan twee
rondjes. Zo: oo.
Dan nog de m
en daar stond boom.
Ik kocht een schrift
en in het schrift
schreef ik een boek.
Boom, schreef ik,
boom, boom, boom
- op ieder blad
een boom.
Het stond zó vol
met bomen,
dat ik dacht:
dit is een boek
over een bos.
Ik leerde roos:
de r en weer
die oo en dan
de s van Sjoerd.
En ik kocht
nóg een schrift
en ik schreef
wéér een boek.
Roos schreef ik,
roos, roos, roos,
en dacht: een boek
zó vol met rozen
is een boek
over een tuin.
Dat was boek twee.
Daarna schreef ik
een boek over de zee.
---------------------------------------------
uit: 'Zeepziederij de Adelaar', 1994.
Inzender: evdb, 22 december 2021
Geplaatst in de categorie: taal