6 resultaten.
VOORBIJGANG
gedicht
4.0 met 3 stemmen 3.697 Ruiter en paard zijn voorbij.
De hoefslag dreunt in mijn oor.
De hoefslag herinnert mij
Aan al wat ik was en verloor.
Nu welhaast onhoorbaar vergaat
In de stervende dag het geluid.
Wat is van mijn vroegere staat
Mijn eigen, mij blijvende buit?
Bestaat er alleen voor de geest
Een samenhang? Of is dit schijn?
Is iemand wel één uur geweest…
Thuis, op het kerkhof
gedicht
5.0 met 2 stemmen 3.506 Tussen de zerken, lezend het verleden
Van deze kleine stad, waaruit ik kwam,
Waarheen ik telkens wederkeer, vernam
Ik achter mij stil wandelende schreden.
Verwonderd zag ik om. Even beneden
Het kruis in 't midden draagt een vrouw een vlam.
Dit stenen beeld, vlak naast een treurwilgstam,
Stond of 't gereed was, op mij toe te treden.
Geen…
Heugenis aan een landverblijf
gedicht
2.9 met 16 stemmen 5.742 Wij zagen op het smalle wandelpad
Hoe 's morgens rond uw huis de bomen waren
Aaneengeschaard als wilden zij bewaren
In stilte's koelte een heimelijke schat,
Tot op het eerste kraaien van de hanen
De wind zacht heensloop uit zijn nacht-asyl:
Een zwerver langs de weg, en wie 't beviel
Zich over 't land een eigen weg te banen.
't…
Herkenningsteken
gedicht
3.4 met 47 stemmen 17.207 Een klerk herkent men aan zijn hand,
Een koning aan zijn beeldenaar,
Een vingerafdruk wijst, wat kant
Men zoeken moet naar stokebrand,
Bankrover, dief of moordenaar.
Doch wie de dichter kennen wil
Moet raden wat verborgen pijn
Hem zo geduldig en zo stil
Doet buigen voor de vreemde gril
Der woorden, die zijn dienaars zijn,
Geen rijmkracht…
Ballade van den katholiek
gedicht
5.0 met 3 stemmen 8.506 Aan Ir. A. Mussert, die zich in zijn propagandablad van vrijdag 6 december 1935
veroorloofde te schrijven over ‘den zich katholiek noemenden Van Duinkerken’
Jawel, mijnheer ik noem mij katholiek,
en twintig eeuwen kunnen ’t woord verklaren
aan u en aan uw opgewonden kliek,
die blij mag zijn met twintig volle jaren,
als ónze God u toestaat te…
DE STILLEN
gedicht
3.5 met 39 stemmen 19.568 Eenzaamheids achterdocht, gevoed door waan,
Kweekt groter kwaad dan roekeloos vergeten
Van wetten, waardoor veiligen zich weten
Behoed tegen een snel en stout vergaan.
Wie zonder schaamte geile lust belijden,
Maken zich schuldig, maar zij weten toch
De grootste zondigheid van 't kwaad te mijden.
Alleen wie, braafheid huichelend, bedrog…