Ja, treur vrij omdat u de Jonkheid ontvlood,
En met haar de dromen der hoopvolle jeugd.
Want arm wordt ons 't leven aan heil en geneugt,
Zo ras ons verbeelding haar lusthoven sloot.
Geen pantser beschut ons voor 's ongeluks prang,
Als wat onzer Jonkheid de boezem omtoog:
De traan, door de Droefheid ontlokt aan haar oog,
Is zoeter dan '…
BIJ HET ZIEN VAN EEN REGENBOOG.
0 schoon gezicht! Met zevenvoude kleuren
Zie ik de bonte hemelboog
Als een triomfpoort naar omhoog
Zijn stralend halfrond opwaarts beuren.
Gods Majesteit en Liefde gloort
En treedt ons tegen door die poort.
Maar ach waar gij de krans van stralen
Wilt volgen tot zijn ring zich sluit , —
Zie hoe daar eenklaps…
Hoe schoon stond de bloemkroon op 't jeugdige hoofd,
Toen 'k u in de Bruidzaal mocht groeten;
Toen waart ge aan de Vreugd en de Schoonheid verloofd;
De Jonkheid bracht hulde aan uw voeten;
De oranjebloem zelfs scheen niet wit bij de glans
Van 't elpenblank voorhoofd, gedekt met haar krans.
Thans buigt zich uw schedel allengskens ter…
Sint Nicolaas, o Bisschop, die onsterfelijk,
Uw kromstaf nog na eeuwen zwaait,
En 't zaad der weldaân onverderfelijk,
Als in uw heilig leven, zaait.
Ik prijs u dat gij, nimmermeer des gevens,
Des weldoens en des zeegnens moe,
De vreugde blijft des kinderlevens,
En breng daarvoor mijn dank u toe.
Maar vind ik u altijd dezelfde weder,
Gij…